Articulatie
Problemen met de spraak kunnen zijn:
- klanken niet goed uitspreken (articulatiestoornissen)
- onverstaanbaar spreken
- slissen, lispelen
- binnensmonds spreken
- te snel spreken
- open en gesloten neusspraak
- dysartrie (problemen met praten /slikken na een beroerte)
- problemen met spreken ten gevolge van een gehemeltespleet
Kinderen kunnen een achterstand hebben in de spraakontwikkeling. Ze spreken bijvoorbeeld bepaalde klanken niet goed uit, laten klanken weg of vervangen deze voor andere klanken. In de meeste gevallen ontwikkelen ouders een soort ‘vertaalsysteem’ , waardoor ze het kind verstaan, maar de omgeving kan het kind onvoldoende verstaan. Hierdoor kan het kind zich soms wel/niet bewust zijn van de uitspraakproblematiek. De uitspraakontwikkeling verschilt van kind tot kind. Alle klanken zijn al in de brabbelfase aanwezig maar verdwijnen weer even naar de achtergrond. Er komt een andere klank voor in de plaats of hij wordt weggelaten. Dit brengen Iris en Indra in kaart. Ze kijken naar de kenmerken van de basisprocessen, de bouwstenen van de klanken. En tevens naar de motorische ontwikkeling via PROMPT. Samen met kind en ouders maken ze de puzzel van de uitspraak compleet. Dit gebeurt altijd spelenderwijs!
Volwassenen die moeite hebben met de uitspraak op medische basis worden behandeld door Iris.
Uitspraakproblemen die het gevolg zijn van meertaligheid, worden behandeld in de praktijk, deze zorg heeft de zorgverzekering echter niet ingekocht en komt voor eigen rekening.